
Opinie
Mobiele telefoons met monsterbatterijen: fabrikanten zouden een voorbeeld moeten nemen aan Energizer
van Lorenz Keller
Het is 2023 en zelfs de duurste camera's hebben nog steeds geen intern geheugen. Hoe achterlijk en zinloos is dat?
Het is de klassieke mislukking van fotografie: je gaat ergens heen om foto's te maken, maar realiseert je dat je je geheugenkaart thuis hebt laten liggen. Het enige waar je mee terugkomt zijn een paar magere foto's van je mobiele telefoon.
Dat is je eigen schuld. Een routinecontrole voordat je op pad gaat is immers een must. Maar de waarheid is dat het de beste overkomt. Misschien was je afgeleid of gehaast. Misschien is het laatste ongeluk met je geheugenkaart jaren geleden gebeurd. Zelfs ruimte-expeditie bemanningsleden of professionele fotografen zijn er niet immuun voor. Ze geven het alleen zelden toe, omdat het gênant is.
Er zijn twee oplossingen voor dit probleem. Of we bedenken allemaal een of ander ingewikkeld veiligheidsmechanisme tot het punt dat we er OCD over zijn. Of de fabrikanten slaan de handen ineen en beginnen camera's te maken met ingebouwd geheugen - zoals smartphones altijd al hebben gehad.
Er zijn maar heel weinig luxe camera's die een intern geheugen hebben. De Hasselblad X2D heeft een SSD van 1 TB. Dit is echter een absolute uitzondering. De meeste camera's worden geleverd met een symbolisch mini-geheugen van slechts een paar MB. Dat is net genoeg voor een paar foto's, waardoor het zinloos is.
Ik zeg niet dat je 1 TB nodig hebt. Maar zelfs een noodvoorziening van 32 GB zou de meeste frustraties voorkomen. Bovendien zou het niet eens een significante invloed hebben op het prijskaartje van de camera. Er zijn immers smartphones met 32 GB interne opslag voor minder dan 100 frank.
Afhankelijk van de grootte zou een intern geheugen ook als back-up kunnen dienen en mogelijk zelfs het tweede kaartslot kunnen vervangen. Dit zou ook de kosten drukken.
Dus, beste camerafabrikanten. Alsjeblieft. Doe. Het. Nu. Niet in 2030.
Mijn belangstelling voor computers en schrijven leidde me relatief vroeg (2000) naar de technische journalistiek. Ik ben geïnteresseerd in hoe je technologie kunt gebruiken zonder gebruikt te worden. In mijn vrije tijd maak ik graag muziek waarbij ik mijn gemiddelde talent compenseer met een enorme passie.